‘Hollandse school’ op Java is een kwestie van geduld

Febrian is zeventien jaar. Middenvelder. Hij draagt nummer 15 en is een van de betere spelers van Terang Bangsa, een voetbalschool op het Indonesische eiland Java. De tiener droomt ervan om het shirt van Manchester United aan te mogen trekken. Hoewel die droom heel ver weg is, meent Febrian dat de toekomst er rooskleurig uitziet. ‘Sinds mister Ronald er is, spelen we voor meer dan alleen resultaat. We worden ook beter.’

In de hoek van het kantoor van Ronald Lepez ligt een ingelijst geelblauw shirt. Gesigneerd door voormalig teamgenoten van Cambuur. ‘Hang maar in je kantoor’, zeiden ze erbij. Lepez (56): ‘Maar in deze muren kan ik onmogelijk een spijker slaan.’ De oud-prof uit Drachten lijkt op Java een best eerste jaar achter de rug te hebben, want in zijn kantoor staan indrukwekkende trofeeën. ‘Til maar op’, zegt hij glimlachend. ‘Het is allemaal plastic. Stelt niks voor.’

Het was vorig jaar een grote stap voor Lepez en zijn gezin. Na een voorbereiding van vier jaar hebben ze hun hele hebben en houden achtergelaten. Die periode stond vooral in het teken van afscheid nemen en in mindere mate kennismaken met de Indonesische cultuur. Een cultuur met bepaalde normen en waarden waar de trainer het afgelopen jaar vaak tegenaan is gelopen. Officials worden bij juniorenwedstrijden omgekocht en er wordt gefraudeerd met leeftijden. De wedstrijden zijn vaak elf tegen elf op een half veld. Penalty’s worden genomen op vier meter van het doel.

Toch raakt Lepez niet gefrustreerd. ‘Als ik dat doe, word ik gek. Het heeft geen zin, deze mensen verander je niet. Ik wil kennis overbrengen via de voetbalschool en jeugdtrainers opleiden. Ik wil laten zien dat mijn visie spelers beter maakt.’

De onwetendheid onder de Indonesiërs vormt echter een probleem. Lepez: ‘Toen ik hier kwam, speelden ze 4-5-1. Want Barcelona speelde ook zo. Alles draaide om balbezit, van omschakelen hadden ze geen kaas gegeten. Het ging om resultaat, niet om ontwikkeling. Wij spelen nu om beter te worden, maar als je geen prijzen pakt, vragen de ouders zich af waarom we niet zo spelen als andere ploegen. Het kost tijd.’

Het gaat volgens Lepez verder dan voetbal. Met de gezondheid van jonge spelers werd geen rekening gehouden. ‘Ze snapten niet dat ze aan voeding en rust moesten denken.’

Na een jaar moeten de mensen rond Lepez nog altijd wennen aan de Hollandse school, inclusief 4-3-3. Er worden desondanks stappen gemaakt. Indonesisch totaalvoetbal is het streven, maar de weg is lang. Dat beseft Lepez als geen ander. ‘Zo’n klus doe je niet voor een jaar of twee. We gaan hier voorlopig nog niet weg.’ Werk zat. ‘Ze willen allemaal naar Europa, Van Persie achterna’, zegt hij met een licht cynische ondertoon. ‘Maar met de huidige mentaliteit gaat dat niet lukken.’

Dit verhaal verscheen op 22 mei 2013 in de Leeuwarder Courant.